Vorige week werd ik er op geattendeerd dat er in mijn thuisstad Eindhoven het Innovatiecongres Landbouw en Voedsel – ‘innovatie van onderop’ ging plaatsvinden, georganiseerd door de provincie Noord-Brabant in het Evoluon. Omdat er mogelijk over vezelhennep zou worden gesproken, had ik me aangemeld en zodoende was ik aanwezig om verslag te doen.
Opening van het Innovatiecongres Landbouw en Voedsel – ‘innovatie van onderop in de Phillips hal van het Evoluon
Nadat ik mijn naamkaartje had opgehaald en mijn jas had opgehangen, was er de mogelijkheid om nog even met de aanwezigen te praten vooraleer we werden verzocht plaats te nemen in de zaal waar ook het symposium van coffeeshopbond PCN plaatsvond in november vorig jaar.
Tijdens de introductie werden de deelsessies uitgelegd en kwamen de woorden innovatie, duurzaamheid en verandering in de landbouw en voeding veelvuldig voorbij. Als co-host tijdens de introductie werd er een vierde generatie biologische boer bijgehaald die alles in eigen beheer doet.
In de introductie werd een punt gemaakt dat ook relevant is voor de hennepindustrie, namelijk het opvoeden van de consument. Met als voorbeeld biologische eieren. Die zijn volgens sommige mensen te duur. Maar het is eerder dat niet-biologische eieren te goedkoop zijn. Het is dus perspectief.
Dit is ook toepasbaar op hennep kleding bijvoorbeeld, wat op dit moment duurder is dan kleding gemaakt van andere stoffen.
Tot dusver was het woordje ‘hennep’ overigens nog niet gevallen.
Deelsessie ‘Circulair & biobased: agrifood als aanjager voor natuurlijke kringlopen’
Ik had me van te voren aangemeld voor de deelsessie ‘Circulair & biobased: agrifood als aanjager voor natuurlijke kringlopen’.
Het was tijdens de introductie van die deelsessie door een hoogleraar dat in een opsomming van voorbeelden over hoe de landbouw intensiever te gaan betrekken bij het biobased bouwen, dat hennep als een van de voorbeelden werd aangehaald.
Maar daar bleef het dan ook wel bij in die deelsessie. Voor de rest ging het voornamelijk over de voeselproductie. Een van de zinnetjes die wel bleef hangen is ‘maak producten die consumenten ook echt willen’.
Daarna was het tijd voor een korte pauze met worstenbroodjes en verschillende bio drankjes.
Het tweede deel van de deelsessie ging van start met een laurier kweker die de rest stoffen ook destilleert en daarna dat laurier sap verkoopt aan een drop producent. Sindsdien zijn ze ook gevraagt om dit bij andere (type) bedrijven te onderzoeken voor andere reststoffen. En zo zijn er nog wel meer rest stromen die nuttig kunnen worden gemaakt. Zoals een rozenkweker. De roos wordt verkocht, maar er is altijd afval (van het steeltje wat achterblijft) waar vezels in zitten die gebruikt kunnen worden.
Een andere interessante opmerking later in de sessie was dat vroeger de landbouw veel meer betrokken was bij de productie van medicijnen en nu vrijwel niet meer. Zowat alle medicijnen komen uit een laboratorium. Daarbij moest ik natuurlijk ook denken aan hennep.
Afrondend
Ik ben niet meer gebleven voor het afrondende praatje en de borrel. In de plaats daarvan ben ik mijn jas gaan halen en naar huis gegaan. In het naar huis gaan kreeg ik nog wel het activiteitenverslag van de Stuurgroep Landbouw Innovatie Noord-Brabant van 2022 en een boekje getiteld ‘Omdenkers en Doorzetters’ over Brabantse ondernemers die de transiatie van de land-en tuinbouw vorm geven. Maar je voelt het al aankomen, ook hier was het woordje hennep niet in te bekennen.
Wel heb ik met een drietal ambtenaren van de provincie Noord-Brabant gesproken en ze gewezen op deze website en de voordelen en toepassingen van hennep. Gelukkig was het onderwerp niet helemaal onbekend en zijn ze wel degelijk bezig met vezelhennep. Echter is het allemaal nog pril. Wel heb ik ze ook kunnen wijzen op de problematische nieuwe landbouwregels vanaf 2023 voor de branche én dat een deel van de plant (de toppen) nu niet verwerkt mogen worden tot bijvoorbeeld CBD olie in Nederland.
We staan sindsdien in contact in ieder geval, hopelijk horen we er snel meer over.